Erro ergo sum… Ik maak
fouten, dus ik besta. Dat was het motto van Tartakower, Savielly Tartakower, de
Pools-Franse grootmeester, die vooral actief was tijdens de eerste helft van de
twintigste eeuw.
Van fouten leert een schaker het meest. Dus, hoe meer fouten er worden gemaakt,
hoe beter het is. Een partij verliezen is beter dan een partij winnen. Behalve
voor de reet-ting natuurlijk.
Met dit idee in het achterhoofd toog Middelstum 1 naar Winschoten om tegen Van
der Linde 1 te spelen. Deze schaakclub stamt uit 1874. De naam is ontleend aan
de schaakhistoricus Antonius van der Linde, die bij brief werd gevraagd of hij
zijn naam aan de ‘schaakklub’ wilde lenen.
‘De redenen die haar tot dit besluit gebracht hebben, zijn hoofdzakelijk de
volgende: Niet langer als heiden willende leven, zag zij uit naar een
geschikten naam, en al dadelijk viel haar ’t oog op uwen naam, als die van den
schaakhistoricus bij uitstek, en van een schaakmeester wiens naam in Europa een
goeden klank heeft.
En bovendien kwam het haar voor, beneden alle kritiek te zijn, om, wanneer ons
klein landje zulk een meester op het schaakbord opleverde, haar toevlucht te
gaan zoeken in het buitenland. U zult ons schaakgenootschap ten zeerste
verplichten met het eerelidmaatschap aantenemen en het peterschap te willen
aanvaarden.‘
Dat wilde hij wel.
‘Mijne Heeren, leden der Schaakklub te Winschoten! Ik aanvaard met groote
ingenomenheid het eerelidmaatschap en het peterschap uwer vereeniging, die mij
den 28sten september uit uwen naam in een schrijven van uwen sekretaris zijn
aangeboden, en zend u hierbij mijn apostolischen schaakzegen.
Naar oud en goed gebruik mag een peter niet verschijnen met leege handen.
Daarom heb ik het genoegen u éen der twaalf buitengewone exemplaren van mijn
geschiedwerk en eenige dubbelen mijner schaakboekerij aan te bieden. Van
laatstgenoemden volgen er later noch eenige.
Tot het bestuur van verenigingen, gewijd aan de beoefening van het spel des
geestes, zooals ze mij voor den geest staan, behoort ook een bibliothekaris.
Kennis is macht op elk gebied! Een kerk met onwetende priesters, een volk
zonder bloeiende hoogescholen, schaakliefde zonder litteratuur, – ze hebben
geen van allen bestand. Laat ten opzichte van het laatste een frissche richting
uitgaan van Winschoten, zooals ook in den vrijheidsoorlog de viktorie begon van
Alkmaar! Ex oriente lux [=Het licht komt uit het Oosten], maar uit het Noorden
de kracht! Kwijnende volken schaken niet, maar wel zij, die een krachtig
nacionaal leven ontwikkelen. Als Nederland zedelijk niet bloeit, laat het
althands onze schuld niet zijn!’
Geen buitenlandse namen (Staunton te Groningen, Philidor te Leeuwarden) voor de
Winschoter schakers. Een frisse richting, de kracht uit het Noorden, maar voor
de Middelstumers bleek deze avond het licht wel degelijk het Oosten te komen.
Er werd verloren met 5½ – 2½ Anderhalf punt van die 2,5 werd
geleverd door de familie Wubs.
Maar het begon met Jan Mark die een remise liet aantekenen, in een stelling
waarin hij, als ik het goed heb, een pion meer had, maar waarover zijn
tegenstander opmerkte dat hij vond nog steeds beter te staan. Doorspelen of
niet was diens bekende dilemma en hij koos voor het vermijden van risico.
De volgende die klaar was met zijn partij, was Wim H. Ik zag zijn dame op b2
staan, waar Wim kennelijk een pionnetje had gesnoept. De vraag is dan altijd of
die pion giftig is of niet. Dat bleek hij wel te zijn, want Wim’s dame raakte
in het gedrang en kon alleen nog worden gered door een toren voor haar op te offeren.
Dat is ridderlijk en elegant, maar leidt in het schaakspel doorgaans tot
verlies. Zo ook hier.
De partijen van Harry en Free eindigden ongeveer tegelijkertijd. Harry speelde
remise. Hij had een iets betere pionnenstructuur, maar het was onvoldoende voor
de winst. Free verloor door de zwarte aanval die over hem heen kwam.
Joop dan. Joop raakte steeds meer pionnetjes kwijt en moest uiteindelijk
toezien hoe hij mat werd gezet.
Daarop volgde het Middelstumer hoogtepunt van de avond. Nadat Bé een remise in
de wacht had gesleept, won Gerry. Gerry lag aanvankelijk flink onder wit vuur.
Hij bood remise aan, maar zijn tegenstander sloeg het aanbod af en slechts
aanbod en aanvaarding maakt een overeenkomst bindend, zoals de eerstejaars
rechtenstudent moet leren. Het gevolg van het afslaan van het aanbod was echter
kenmerkend. Degene die een remiseaanbod afslaat denkt beter te staan. Dat leidt
soms tot overschatting van de eigen stelling. Aldus geschiedde hier. Wit ging
te ver in zijn overwinningsdrang en bood op zijn beurt remise aan. Gerry
weigerde en won.
Toen was er nog één partij gaande. Die van uw verslaggever. Hij zou de volgende
dag op vakantie gaan en dan neemt hij geen kompjoeter mee, zodat de opdracht
van Onze Grote Leider Kim Jong Joop om een verslag te schrijven niet tot
onmiddellijke uitvoering kon komen.
Ook in de partij van uw verslaggever speelde overschatting van de eigen
stelling een grote rol. Het leek aanvankelijk goed te gaan voor wit en
misschien stond hij ook wel wat beter, maar de mogelijkheden die zwart had
werden schromelijk onderschat. Weliswaar won wit een pion, maar zwart kreeg de
gelegenheid een pionnenopmars in het centrum op gang te brengen. Na een
verkeerde torenruil, kwam wit in het gedrang en bleek de zwarte e-pion allen
nog te stoppen door materiaal te geven. Volgens de kompjoeter had wit nog
ergens een remise door zetherhaling kunnen forceren, maar wit was nog steeds
aan het afkicken van de schijngedachte dat hij kon winnen. Dat kon hij niet,
maar wel kon hij nu tevreden op vakantie gaan. ’s Nachts gelegen op zijn
hoofdkussen murmelde hij zachtjes voor zich uit: ‘Ik maak fouten, dus ik
besta!’ Frits